MRI-bevindingen en klinische uitkomst bij tien katten met traumatische spondylomyelopathie

Auteurs

  • R. Tapia-Nieto
  • G. B. Cherubini
  • S. Jakovljevic
  • A. Caine

DOI:

https://doi.org/10.21825/vdt.v84i4.16595

Samenvatting

In deze retrospectieve studie werden de laagveld-magnetic resonance imaging (laagveld-MRI)-bevindingen beschreven bij tien katten met acute traumatische spondylomyelopathie en werden de meest bruikbare MRI-sequenties om dit in beeld te brengen, besproken. De uitgebreidheid van ruggenmerg-, spier- en bottrauma werd vergeleken met de klinische uitkomst, ie. klinisch herstel of euthanasie. Van de tien katten herstelden vijf dieren volledig (de ‘herstelgroep’). In deze herstelgroep werd er geen ruggenmergletsel gevonden, of als er een letsel aanwezig was dan was de lengte hiervan minder dan de lengte van een wervellichaam. In de groep met geëuthanaseerde dieren was de lengte van het ruggenmergletsel langer dan twee wervellichamen of er was transectie van het ruggenmerg zichtbaar. De meest bruikbare sequenties waarop de afwijkingen van de wervelkolom het meest naar voren kwamen, waren STIR (wekedelentrauma) T2WSE (ruggenmergletsel) en T1WSE (bottrauma). Laagveld- MRI is een bruikbare techniek om trauma van de wervelkolom van de kat in beeld te brengen en de klinische uitkomst te voorspellen. De auteurs stellen voor dat het onderzoeksprotocol ten minste T1WSE, T2WSE en STIR-sequenties omvat.

##submission.downloads##

Gepubliceerd

2015-08-30

Nummer

Sectie

Retrospectieve studie