Korte historiek van het aandeel van de diergeneeskunde in het experimenteel onderzoek in de humane geneeskunde
DOI:
https://doi.org/10.21825/vdt.v89i2.16361Samenvatting
Een korte beschrijving wordt gegeven van het leven en werk van dierenartsen die een rol hebben gespeeld in de ontwikkeling van de humane geneeskunde. Toeval of niet, alle hier aangehaalde figuren droegen in de eerste plaats bij tot de kennis van infectieuze ziekten. Als microbiologen kunnen hier vernoemd worden: Edmond Nocard, wiens naam werd gegeven aan het door hem beschreven bacteriegeslacht Nocardia en de gelijknamige ziekte, Victor Babès en Arnold Theiler die zich verdienstelijk hebben gemaakt in de parasitologie. Daarvan getuigen de geslachten Babesia en Theileria. De welbekende Salmonella en salmonellose ontlenen hun naam aan de Amerikaanse dierenarts Daniël Salmon. Karl F. Meyer gaf de eerste beschrijving van wat nu Mycoplasma is en leverde baanbrekend werk in de studie naar miltvuur en een reeks andere ziekte-agentia. Niet minder belangrijk was zijn aandeel in de introductie van de begrippen kiemreservoir en latente infectie. Naast de ontdekkingen in verband met infectieuze ziekten is er het aandeel van dierenartsen in de kennis van immuniteit. Auguste Chauveau vormde met zijn ‘retentietheorie’ de basis van de kennis van weerstand tegen bacteriën en virussen. De ontwikkeling door Gaston Ramon van anatoxines, geneutraliseerde toxines die immuniteit geven tegen onder meer tetanos en difterie, vormde een mijlpaal in de dagelijks toegepaste geneeskunde. Als chronologisch laatste in de rij moet Peter Doherty vermeld worden. Hij is de enige dierenarts die de Nobelprijs geneeskunde kreeg; dit voor zijn aandeel in de ontdekkingen omtrent cellulaire immuniteit.##submission.downloads##
Gepubliceerd
2020-04-27
Nummer
Sectie
Uit het verleden