Klinische benadering van gastroduodenitis en ernstige maagzweren van onbekende oorsprong bij een Arabische volbloed merrie

Auteurs

  • S. Alonso-Sousa
  • M. De Rijck
  • M. Lores
  • J. Brunsting

DOI:

https://doi.org/10.21825/vdt.v88i6.15991

Samenvatting

Een Arabische merrie van twee jaar oud werd doorverwezen naar Sharjah Equine Hospital met koliekverschijnselen. Op het klinisch onderzoek vertoonde ze tekenen van endotoxemie en echografisch onderzoek toonde een sterk opgezette maag aan met verschillende opgezette niet-motiele dunnedarmlussen. Tijdens een sondage van de maag werd er acht liter bloederige reflux bekomen. Op het gastroscopisch onderzoek werden ernstige maagzweren (graad 4) gevonden. Op basis van deze bevindingen werden “equine gastric ulcer syndrome” (EGUS) en gastroduodenitis (GD) gediagnosticeerd. Initieel werd het paard behandeld met parenterale pantoprazole. Nadat het paard geen reflux meer vertoonde, werd orale ranitidine en sucralfaat toegevoegd. Het paard verliet de kliniek na elf dagen, met een 75%-heling van de maagzweren. Dertig dagen later werd een controlegastroscopie uitgevoerd en hierbij was 90% heling zichtbaar (EGUS graad 1). Volgens de auteurs is dit de eerste casuïstiek waarin de combinatie pantoprazole, ranitidine en sucralfaat beschreven wordt voor het behandelen van ernstige maagzweren bij een paard.

##submission.downloads##

Gepubliceerd

2019-12-30

Nummer

Sectie

Casuïstiek